De eeuwenoude vestingstad Buren ligt op slechts 5 kilometer afstand van de Steltenberg.Buren verkreeg stadsrechten in 1395 van ridder Allard, heer van Buren en Beusichem. In 1435 begon hertog Arnold van Egmont met het beleg van Buren, de stad werd ingenomen en heer Willem van Buren werd verdreven, dit omdat hij zich tot vijand van de hertog had uitgesproken in 1418. De hertog was zo ingenomen met zijn verovering, dat hij de volgende befaamde uitspraak deed; Buuren zal men beste goede wezen, echter zou ironisch genoeg de Hertog in 1465 door zijn eigen zoon gevangen zijn genomen en naar Buren zijn overgebracht waar hij 6 jaar in gevangenschap zou leven.[3] In 1572 sloot Buren zich aan bij de Unie van Dordrecht. in 1575 volgde het Beleg van Buren door Gilles van Berlaymont. De vestingwerken van Buren zijn nog grotendeels intact. Er zijn nog wallen, muren en één stadspoort; de Culemborgse- of Huizenpoort. Buren mag zich Oranjestad noemen, vanwege de band met de koninklijke familie. Willem van Oranje trouwde er in 1551 met Anna van Buren. Prinses Beatrix en koning Willem-Alexander zijn hierdoor gravin en graaf van Buren. De korenmolen op de wallen draagt dan ook de toepasselijke naam De Prins van Oranje. In Buren stond een van de grootste kastelen van Nederland het huis Buren, waarvan de laatste bewoner Frederik Hendrik, prins van Oranje was. De Oranjes gebruiken soms de schuilnaam Van Buren als ze incognito willen zijn. Laatstelijk gebeurde dat bij de Elfstedentocht van 1986, waaraan Willem-Alexander meedeed onder de naam W.A. van Buren. Een deel van Buren is een beschermd stadsgezicht, de stad Buren telt ruim 100 rijksmonumenten en 55 gemeentelijke monumenten.